Jarenlang heeft Rob (71) bij de politie gewerkt, onder meer bij de recherche. Later was hij hoofd van de afdeling security bij Holland Casino. Daar voerde hij indringende gesprekken met klanten. Nu werkt hij alweer ruim tien jaar als vrijwilliger bij Slachtofferhulp Nederland. Hij vindt het werk zo belangrijk en mooi om te doen, dat hij het achteraf gezien zijn hele leven wel had willen doen.
In zijn werk voor Slachtofferhulp Nederland helpt Rob mensen die slachtoffer geworden zijn van een misdrijf, verkeersongeval of een andere ingrijpende gebeurtenis. ‘Het mooiste van dit werk is dat je cliënten inzicht kunt geven in wat hen overkomt. Ik vertel hen iets over het traject dat ze ingaan. Ik zeg er dan bij: dit kun je niet overslaan. Je moet er doorheen en het meemaken. En ik vertel ook dat er licht is aan het eind van de tunnel.’
Nabestaande
Van dichtbij weet Rob hoe belangrijk slachtofferhulp is. ‘Toen ik vier weken oud was, kwam de politie bij mijn moeder aan de deur om te vertellen dat mijn vader was overleden. Ze was negentien en weduwe. Destijds was er geen slachtofferhulp. Ook niet in de tijd dat ik zelf bij politie werkte. Je kwam vertellen dat er iemand was overleden en je ging weer weg. Je verwees door naar de huisarts. Niemand belde de nabestaande daarna om te vragen hoe het gaat.’
Bedrijfsongeval
Rob werkt bij de algemene dienstverlening van Slachtofferhulp Nederland en heeft daarbij ook piketdiensten. Hij kan tijdens die diensten opgeroepen worden bij calamiteiten. ‘Onlangs werd ik ingezet voor de hulp na een dodelijk bedrijfsongeval. Mij was bekend dat er tien mensen bij betrokken waren. Maar toen bleken er zeventig mensen te zijn en niet iedereen sprak Nederlands. Het is dan improviseren. Ik heb voor vertalers gezorgd en de groep opgesplitst. Na afloop kreeg ik terug dat ze er veel aan hadden gehad. Daar doe ik het voor.’
Afstand nemen
Het werk dat Rob doet voor Slachtofferhulp Nederland, kan emotioneel zijn. ‘Er wordt goed gekeken naar wat je aankunt. Bij Slachtofferhulp krijg ik de complexere zaken, vanwege mijn ervaring. Bij de politie heb ik al geleerd dat ik afstand moet nemen. Op één van mijn eerste diensten reden we ’s nachts door de stad. Opeens was er een explosie in een huis op drie hoog. We deden onze sirene aan om iedereen te waarschuwen. De brandweer was snel ter plaatse. Er was paniek. Ik realiseerde me: er wordt iets van me verwacht. Ik kan niet mee in emoties, want dan hebben ze niks aan me. Ik kom in actie.’
Mentaal scherp
Het past bij Rob om mensen te helpen. ‘Van nature geef ik graag. Ik ben de oudste van een gezin, ik was de steunpilaar thuis. In de straat noemen ze me de straattherapeut. Het aantrekkelijke aan vrijwilligerswerk bij Slachtofferhulp Nederland, is dat het je mentaal scherp houdt en dat je bij de tijd blijft. Ik heb veel contact met collega’s en ik geef voorlichtingen op scholen. We worden goed gefaciliteerd en de dossiervorming is professioneel. Zelfs in coronatijd weten we de weg naar de cliënt goed te vinden.’
Opleidingstraject
Had Rob een opleiding nodig, toen hij als vrijwilliger bij Slachtofferhulp Nederland ging werken? ‘Zeker, je kunt niet onvoorbereid dit werk gaan doen. Dan doe of zeg je heel snel de verkeerde dingen. Een natuurlijk empathisch vermogen helpt je wel bij het werk, maar je hebt heel veel tips en tricks nodig om beter te worden. Iedereen die aan de slag gaat als hulpverlener, krijgt eerst een opleidingstraject. Ik was verrast door het niveau van de opleidingen bij Slachtofferhulp. Uitgeleerd ben je nooit. Inmiddels heb ik al bijna duizend cliënten geholpen.’
Collega’s
Rob kan werken bij Slachtofferhulp Nederland zeker aanraden. ‘Het past niet bij iedereen, het is belangrijk dat je sterk in je schoenen staat. Maar eventuele onzekerheden worden weggenomen. Vertrouw erop dat je heel goed wordt opgeleid. Je wordt niet zomaar aan je lot overgelaten. Als je het even niet weet, zijn er altijd collega’s bij wie je terecht kunt.’